33:29 Welgelukzalig zijt gij, o Israel! wie is u gelijk? gij zijt een volk, verlost door den HEERE, het Schild uwer hulp, en Die een Zwaard is uwer hoogheid; daarom zullenzich uw vijanden geveinsdelijk aan u onderwerpen, en gij zult op hun hoogten treden! Deuteronomium 34